Quadriennale.
Vorige week bezocht ik met mijn geliefden de tentoonstelling
Quadriennale in Düsseldorf. Na eerst
twee werkelijk prachtige installaties van Olafur
Eliasson gezien te hebben in K20
Kunstsammlung Nordrhein-Westfalen reden we in een luxe Mercedesbusje met
geblindeerde ramen (bij de toegangsprijs inbegrepen) naar K21 om de tentoonstelling Unter
der Erde- Von Kafka bis Kippenberger te bezoeken. We hebben de veel te
vroeg overleden Martin Kippenberger erg
hoog zitten, helaas is de opnieuw getoonde groteske installatie Tiefes Kehlchen uit 1991 een waar wangedrocht
zonder enige zeggingskracht. Je ziet het vaker (onder andere bij Kounellis,
Serra, Beuys) dat het oorspronkelijke werk aan waarachtigheid inboet als te
veel anderen dan de kunstenaar zelf zich er mee gaan bemoeien door het
voorfinancieren daarvan. Op de bovenste verdieping van K21 is het project van Tomas Saraceno – in orbit- te zien. Een waanzinnig project om voor even te
ontsnappen aan het (onder) aardse. Helaas was het project niet toegankelijk.
Hier en daar lagen tussen de gigantische bollen en staalnetten enkele witte
lapjes. Dat hadden we liever niet willen zien. Dat maakt zo’n groots project toch
een beetje zielig.
Op hetzelfde moment vond er ook een tentoonstelling plaats
in de Kunsthalle Düsseldorf, Smart New World geheten, die
georganiseerd is door het INS
(International Necronautical Society). Een tentoonstelling die uitermate
relevant is voor het tijdsgewricht waarin wij leven. Dat is het leven in
netwerken. Je moet behoorlijk wat intellectuele kracht investeren om je deze
thematiek toe te eigenen. Willen we dat eigenlijk allemaal wel weten en kunst
zien die niet voldoet aan het fun & entertainment principe?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten