Een beetje nostalgie.
Dorpsgezicht op Blaricum 1899
Behalve de "onderscheidende", vaak spuuglelijke conceptuele kunst, die enkel aanspreekt op de rede en het verstand is het misschien ook wel mijn natuurlijke afkeer van wat ook wel “politiek
correcte” kunst wordt genoemd, waarbij met name door de overheden gefinancierde
instellingen van de moderne kunstenaar verlangen de grote wereldproblemen aan de orde
te stellen en deze naar het lokale niveau te vertalen, waardoor ik mij soms gewillig mee laat voeren door de commentaren
van de deskundigen in het TV- programma Tussen Kunst & Kitsch van de AVRO op de door het publiek ingeleverde artefacten. Gelijk een bezoek aan de Tefaf in Maastricht verschaft dit programma mij eenzelfde genot om te zien hoezeer kunst gewaardeerd kan worden om haar betekenis en haar schoonheid. Mij treft in dit programma vooral ook de
beschrijving door de deskundigen van de werken en het leven van kunstenaars. Zo werd een geschilderd landschapje van de kunstenaar Breman,
die na enkele reizen en studies uiteindelijk in Laren terecht kwam en naast de
dagelijkse schilderarbeid de plaatselijke kroeg veelvuldig frequenteerde,
gewaardeerd op enkele duizenden euro’s. Een andere beschrijving rept over een
vrolijk en zorgeloos bohemienleven dat hij deelde met bevriende schilders waarmee
hij in de "Oude Brouwerij" in Blaricum dat hij aanvankelijk gehuurd
had bijzondere artiestenfeesten hield en daarna in het huisje naast de
boerderij van Mie Tak doorging met eet- en drinkpartijen. Wat moet dat toch heerlijk
zijn geweest, een onbezorgd kunstenaarsleven te kunnen leiden waarbij de
onderwerpen voor je schilderijen naast de deur liggen, je de schilderstijl,
o.a. het pointillisme, gewoon van anderen leende en de kunsthandelaar verder het werk deed.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten